Buenos Aires, 28 maart 2009. Een vliegveld, een reiziger en een tas vol verhalen. Ik ben moe en voldaan. De laatste nacht Buenos Aires was er een als zo velen: zwoel, lang, gezellig en slopend. Na twee uurtjes geslapen te hebben spring ik met twee tassen en twee gitaren in een taxi. De taxichauffeur scheurt Argentijns door de straten, ik zie stadsbus 152 en denk terug aan m’n avontuur in La Boca.
Ik trek m’n Argentijnse blauwe voetbalshirt aan en ren enthousiast het veld op. Sinds de start van de Spaans klassen wordt er elke week gevoetbald met de school. Na een wedstrijd in La Boca is er een overmaat aan motivatie om een lekker balletje te trappen. Nederland voetballand moet gerepresenteerd worden dus sprint ik enthousiast over het hockeygras. Na een kwartiertje begint de bal pas echt te rollen en tik ik ze er met Argentijnse flair in. Trots draag ik de week erna de titel – Frank the sniper -.
Een waanzinnig rood wit art deco stadion lees ik in een van de vele Buenos Aires reisgidsen. De plaatjes zijn prachtig, dus lijk ik niet om een bezoek heen te kunnen komen aan Atletico Huracan. Geënthousiasmeerd door het terugkomend thema - maart voetbalmaand - loop ik een week na het bezoek aan de Boca Juniors tussen duizenden rood witte fans die hun team die dag zullen aanmoedigen om de nummer één uit de competitie te verslaan. Het belooft een grote wedstrijd te worden. Met minder inspanning dan de week ervoor kopen we onze kaartjes een uur voor de wedstrijd. Dit keer zitten we wél in het supportersvak. Vanaf het fluitsignaal is het een gekkenhuis. Het prachtige stadion wordt gekleurd door de fanatieke aanhang. Een spandoek ter grote van een half stadion wordt vanaf bovenin het stadion naar beneden uitgerold over de duizenden fans. Al zwaaiend wordt het spandoek met de clubkleuren gedragen om zowel de tegenstander te imponeren als de eigen club te steunen. 1-0 na twintig minuten, de 2-0 na de rust en de 3-0 tien minuten voor het einde. Het stadion ging uit z’n dak. Ik spring en probeer enkele clubliederen mee te zingen. Met ontblote bovenlichamen wordt er enthousiast gezwaaid met rood witte shirts. De wedstrijd wordt gewonnen en dat mag gevierd worden. Na de wedstrijd stroomt de massa mensen als stroop in alle richtingen uit het stadium. Sportief en zonder ongeregeldheden. Een onvergetelijke ervaring.
De laatste keer naar de wasserette, de laatste keer op de fiets door Buenos Aires. Alles begint tegen het einde lopen. Met m’n backpack op de rug loop ik door immense supermarkt om drank in te slaan voor m’n feestje. Ik pak de laatste spullen in, doe de deur open voor de eerste feestgangers, praat, dans en geniet. Ik knipper met m’n ogen en de laatste feestganger verlaat het feestje. De tijd vliegt als je het naar je zin hebt. Nu zit ik op het vliegveld en vertrekt m’n vliegveld bijna. Tijd om naar huis te gaan. Ik kijk kort over m’n schouder, lach en zie in de verte de Nederlandse lente me toelachen. Tijd voor nieuwe avonturen.