vrijdag 5 februari 2010

Bobsleeën voor beginners


Blik op Zürich vanaf de Hardbrücke
(klik om te vergroten)

Na een lange nacht schrik ik wakker in m'n stapelbed. Het sneeuwt hevig, de straten zijn reeds wit. Ik wrijf in m'n ogen, pak een douche en een bakkie en trek de stad in, deze keer met daglicht. Het sneeuw kraakt onder m'n voeten onderweg naar het meer van Zürich. Ik zie besneeuwde bootjes in de haven, de Zwitserse bergen op de achtergrond. Deze plek, het meer en z'n omringende natuur, is betoverend. Sjokkend door de straten van het oude centrum verbaas ik mijn over het luxieuse karakter van Zürich's binnenstad. Dure etalages, prachtige gevels en schone straten lijken niks aan het toeval over te laten. De prachtige verlichte gebouwen geven mij een gemengd gevoel van kerst en westerse rijkdom. Ik denk terug aan m'n eerste dag Buenos Aires, in de hitte zonder woning door de levendige straten. Deze keer een verlaten Zwitserse boulevard gesierd door sneeuw. 's Avonds eet ik met Luis, de andere bevriende Zwitser en start ik mijn huizenjacht. Het internet afstropen om Zwitserse studenten te bestoken met mijn beste Duitse one-liners.

Op de maandag zet het winterweer zich voort met meer sneeuw en wordt de Zwitser nog onrustiger dan hij al was. Ski's en snowboards in de tram, mutsen, handschoenen en dikke winterjassen. De uitnodiging om 's avonds mee te gaan sleeën (schlitteln) grijp ik met beide thinsulate-handschoenen aan. Met een lange onderbroek en Argentijnse bergschoenen wenden we ons naar het treinstation. Geen club scooterjeugd met breezers, maar volwassenen met elk hun slee en een halve literbier; welkom in de bergcultuur. Halfleunend op mijn houten slee sla ook ik een halve liter achterover om bij de Uetliberg en masse de trein te verlaten. De sfeer is opgetogen en uitzinnig. Na een korte wandeling naar het puntje van de berg kijken we uit over Zürich. Een mooi beeld ondanks een bewolkte lucht. Eindelijk is het zover; slee op, berg af. Direct het eerste stuk hebben we al een flinke snelheid te pakken. De sterren en ogen glinsteren. Blij als kinderen. We komen op adem op vlakken stukken en halen elkaar afwisselend in op de stijle. Halverwege staan mijn collegasleeërs op me te wachten. Het is tijd voor de tweede etappe. In m'n spijkerbroek ga ik de meute in professionele skipakken voor. Met m'n hakken proberen ik de slee op hoge snelheid richting te geven, het sneeuw vliegt me aan alle kanten om de oren en in de ogen, ik voel me spontaan een bobsleeër. Dan de bocht, met een gevoelssnelheid van 50 km/h op een vergelijkbaar houten kindersleetje van de Bart Smit; knie aan de grond, borst vooruit en doorglijden. Ik overleef het en doe het dan ook niet slecht voor een beginner. Overmoedig lig ik het laatste stuk op m'n buik op de slee, maar belandden we desalniettemin veilig bij de finish: een treinstation drie stops gelegen voor het beginpunt. Dit betekent; instappen, drie haltes blijven zitten en nog een keer. Wat een feest!

Via een facebook-link wordt ik geupdate over het lezingprogramma van de ETH, de universiteit waar ik binnenkort begin. Drie architecten zullen elk in drie kwartier uitwijden over hun visie op stedenbouw. Ik reis voor de eerste keer af naar de Hönggerberg, het hoger gelegen gedeelte van Zürich waar de universiteitscampus ligt. De lezingen worden aangekondigd door de ons wel bekende stedenbouwer Kees Christiaanse. Op de ETH lijkt hij als Nederlander z'n plek te hebben gevonden. Drie fantastische lezingen volgen. Energiek, goed voorbereid, prikkelend en scherp. Het serieuze Zwitserse publiek probeert moeilijke vragen te stellen waarbij het voornamelijk de beurt is aan de prominenten op de eerste rij. De tweede spreker (Johannes Tovatt) ligt aanzienlijk zwaarder onder vuur na afloop van zijn lezing dan zijn Zwitserse collega die het spits had afgebeten. Zijn dromerige Zweedse romantiek verpakt in een visie lijkt niet helemaal op z'n plaats te vallen bij de Zwitserse degelijkheid. Afsluiter, Urban Think Tank, daarentegen lijkt hoge ogen te hogen. Wederom interessante vragen en een uiterst geconcentreerd publiek. Een fijne intro voor een periode van verdieping aan de ETH, ik heb er zin in.

De woensdag en donderdag zijn wat minder spectaculair dan de dagen ervoor en staan voornamelijk in het teken van kamers zoeken. M'n Duits wordt langzaam vloeiender terwijl ik er vrolijk op los improviseer. Zürich was ooit toch een Groningse kolonie? Of had ik dat nou verkeerd begrepen. Het Sweizerduutsch lijkt voor mij in ieder geval een combinatie van Duits, Gronings, Deens en Nederlands. Wat betekent dat ik slechts mijn Deens hoef te verbeteren. Nog een paar dagen en dan begin ik met mijn Intensiv Kurz - Deutsch für Post Beginners. Wir sollen mal sehen.

Blik op Zürich vanaf het hoger gelegen ETH universiteitscentrum


Blik op de oude binnenstad

Park aan de Zürichsee

Geen opmerkingen: